Woensdag, 23 Mei 2007

De verwerking van een aanrollende tsunami in het hoofd van een gewone gezonde man op vakantie

De gewone man is weer op vakantie. Deze keer heeft hij zich in de buik van een grote metalen vogel vijftienduizend kilometer van huis en haard laten vervoeren naar een tropisch eiland en een imitatie-authentieke palmhut op een strand betrokken. Zijn cheques heeft hij ingewisseld voor schelpen van verschillende grootte en kleur die binnen het Tropical Dream Paradise als betaalmiddel dienstdoen. De plaatselijke autochtonen lachen zich hier rot om en doen het gewoon met Amerikaanse dollars.

Op dit moment staat de gewone gezonde man voor zijn hut op het strand over de oceaan uit te kijken. Hij staat er al een tijdje, laten we zeggen twintig minuten, dus zijn onderbewustzijn is al bijna klaar met te beslissen of zijn baasje honger moet krijgen of geil moet worden. Maar nu verschijnt er aan de horizon een donkere, horizontale streep. Het is een enorm hoge golf, een tsunamigolf. Na een paar minuten krijgt het bewustzijn van de gewone gezonde man hem ook in de smiezen. Hé, denkt hij, een donkere, horizontale streep!

Nu komt zijn tienjarige zoontje Junior naast hem staan en wijst op de enorme golf in de verte. Papa, vraagt hij, wat is dat voor een grote golf? Papa betwijfelt of het hier een golf betreft, want zo'n grote golf heeft hij nog nooit gezien. Maar Junior houdt aan door zich hardop af te vragen: Als het geen golf is, wat is het dàn? Hier moet papa even over nadenken. Uiteindelijk besluit hij dat het inderdaad zeer waarschijnlijk een hoge golf is.

Daar zou je mooi op kunnen surfen, zegt hij, maar zijn zoontje is van mening dat de golf te hoog is om op te surfen en schat de hoogte op die van een flatgebouw van tien verdiepingen. Zijn vader acht deze schatting wat aan de hoge kant. Tien verdiepingen? Dat zou dus een meter of vijfentwintig zijn. Nog iets meer, zegt Junior, want je moet voor de hoogte van een flat ongeveer tweeëneenhalve meter aanhouden en dan komt de dikte van alle vloeren er nog bij. En soms zit er ook nog iets van een dak op. Papa beaamt dit met tegenzin, maar is toch nog niet helemaal overtuigd en verzoekt Junior de verrekijker uit de blauwe sporttas te gaan opdiepen. Even later tuurt hij door de verrekijker in de verte, zijn hersenen maken ingewikkelde berekeningen waarbij de uitkomst iedere keer ongeveer vijfentwintig is. Dus laat hij de verrekijker zakken en zegt tegen Junior dat het moeilijk te schatten is, de hoogte. Omdat je geen referentiepunt hebt. Maar Junior hoort het niet meer, want die heeft het inmiddels op een lopen gezet.

De golf is nu zo dichtbij gekomen dat zelfs de gewone gezonde man geen twijfels meer kan hebben omtrent zijn precieze aard: een gigantische, donkere muur kijkt dreigend op hem neer. Er moet iets gebeuren. En er gebeurt ook iets: de gewone man krijgt ineens een erectie en een enorme trek in Franse kaas.


ook nog iets van een dak op. Papa beaamt dit met tegenzin, maar is toch nog niet helemaal overtuigd en verzoekt Junior de verrekijker uit de blauwe sporttas te gaan opdiepen. Even later tuurt hij door de verrekijker in de verte, zijn hersenen maken ingewikkelde berekeningen waarbij de uitkomst iedere keer ongeveer vijfentwintig is. Dus laat hij de verrekijker zakken en zegt tegen Junior dat het moeilijk te schatten is, de hoogte. Omdat je geen referentiepunt hebt. Maar Junior hoort het niet meer, want die heeft het inmiddels op een lopen gezet.

De golf is nu zo dichtbij gekomen dat zelfs de gewone gezonde man geen twijfels meer kan hebben omtrent zijn precieze aard: een gigantische, donkere muur kijkt dreigend op hem neer. Er moet iets gebeuren. En er gebeurt ook iets: de gewone man krijgt ineens een erectie en een enorme trek in Franse kaas.